Wij komen de Hollander met snackheimwee, maar ook de snob die niet gesignaleerd wil worden in de plaatselijke Kwalitaria graag tegemoet met de zelfmaakvariant van de verschoppeling onder de snacks; de frikandel.
Wat heeft u nodig?
- Varkens- of half/half gehakt. De échte die-hard snacker maakt de frikandel natuurlijk van paardenvlees (dit is te herkennen aan het opschrift: 100% rund)
- witbrood;
- ei
- peper en zout
- nootmuskaat
- uipoeder
- gedroogde selderij
- mosterd
- bloem
In deze beschrijving is uitgegaan van 300 gram vlees, voor meer of minder past u zelf even de verhoudingen aan.
Haal de korstjes van en brood en maak het zompig met een scheutje melk. Vermeng het brood (4 sneetjes op 300 gram gehakt) met een eitje en het vlees en maak het op smaak met peper, zout, wat mosterd, wat gedroogde selderij, nootmuskaat en vooral ruim uipoeder. In deze hoeveelheid ging ongeveer 2 eetlepels uipoeder.
Meng het geheel goed door. Het laatste dat een overzeese Hollander met snackheimwee wil, is dat de frikandel een ambachtelijk karakter heeft. Zet de staafmixer dus in de massa en maal het geheel flink fijn. U heeft nu in uw kom een massa die iets weg heeft van goedkope leverpastei. Prima, dat moet u hebben.
Bestrooi een werkblad met ruim bloem en pak met schone handen een hoeveelheid vleesmassa en rol dit uit door de bloem tot u iets heeft dat op een frikandel lijkt.
Doe dit met de hele hoeveelheid vleesmassa die u heeft.
Pak een koekenpan en verhit een laagje olie. Bak de frikandellen bruin en knapperig aan de buitenkant en gaar aan de binnenkant. U kunt de frikandel meteen opeten, de echte liefhebbers maken er een 'frikandel speciaal' van door toevoeging van gesnipperde ui, mayonaise, ketchup of curry.
Binnenkort op Donuts en Tosti's: Frikandel of frikadel?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten